Dit artikel komt uit AD Utrechts Nieuwsblad. Op NU.nl verschijnt dagelijks een selectie van de beste artikelen uit kranten en tijdschriften. Daar lees je hier Meer over.
Droog, luchtvrij, licht en een beetje warm: afgelopen week hebben twee mannen met kartonnen dozen de lift van station Vertsche Regen omgetoverd tot een waar snurkpaleis. Tenminste, totdat de politie arriveert. De heren kregen een boete en moesten een andere slaapplaats zoeken. Maar het is een zware klus, zegt Marcel Vonk van daklozenorganisatie Stitching Gaud “Het asiel in Utrecht zit gewoon vol.”
“Het aantal daklozen is toegenomen – net als in andere delen van Nederland”, aldus Vonk “Ook zijn er arbeiders uit Oost-Europa, die geen rechten hebben als ze hun baan verliezen en dan onmiddellijk de straat op gaan. Tegelijkertijd kunnen mensen de opvangcentra niet verlaten, omdat er geen huizen zijn.” Ook interim-voorzieningen met vier 24-uurs opvanglocaties in Utrecht merken dat de druk hoog is.
Hierdoor hebben mensen soms geen andere keuze dan de nacht op straat door te brengen. En slapen op een openbare plek tussen zonsondergang en zonsopgang is in Utrecht verboden. Iedereen die zich hier niet aan houdt, kan een boete krijgen. “Deze extra boetes voor dakloosheid zijn opgelegd aan mensen die we in het verleden minstens vier keer hebben geholpen”, aldus Vonk.
De meeste daklozen proberen een slaapplek te vinden rond schuilplaatsen en hulporganisaties in het centrum. “Maar de ‘goede’ plekken worden steeds vaker overgenomen. Hierdoor verhuizen daklozen ook naar woonwijken buiten het stadscentrum.”
Als het gaat om het vinden van een slaapplek onder de sterren, heeft ‘onduidelijkheid’ de hoogste prioriteit, weet Vonk. “Het is veiliger en je valt minder op, waardoor je je minder snel laat meeslepen. Dan komt bescherming tegen regen en wind, bijvoorbeeld onder een brug of een spoorviaduct. We zien steeds meer tenten op een rand staan . Bouwplaatsen.”
Dat leidt regelmatig tot onmenselijke situaties, zoals vorig jaar in Smacklersveld. Daklozen sliepen er tussen ratten, bierblikjes, kleding en kapotte koffers. Een oude treinwagon in het No Man’s Land Park in West-Berlijn werd eerder dit jaar een populaire slaapplek.
Een gemeentewoordvoerder zei dat er ‘zeer wisselende plekken zijn waar mensen wonen’. In het stadscentrum zijn vooral het Lucasbolwerk, Hiernimusplantsohn en Park Leppenburg populair. Meer daklozen zijn te vinden langs de Kanalstraat in de woonwijk Lombok. Ook buiten de wijk Kanaleneiland overnachten mensen, bijvoorbeeld in Park Transwijk, de Pluktuinen in Balijebrug en rondom Stadsbrugg. “Met dit weer kiezen daklozen voor droge plekken, zoals balkons, ghathuizen aan grachten en bosjes langs grachten”, zegt een gemeentewoordvoerder.
De gemeente is niet verantwoordelijk voor nationaal beleid dat bijdraagt aan het dakloosheidsprobleem, maar kan wel helpen dit probleem op te lossen, meent Vonk. “Eerst huisvesting, waarbij mensen eerst een woning krijgen en daarna begeleiding krijgen om hun problemen op te lossen, zou perfect zijn. Maar gezien de huizencrisis zijn we daar nog ver van verwijderd. Ondertussen is er extra onderdak nodig, bijvoorbeeld in lege kantoren.”
Daar hangt een zwaar prijskaartje aan. “Maar stilzitten is duurder dan veel doen. Als je mensen laat afglijden, ontwikkelen ze psychische problemen en soms verslavingen. Uiteindelijk hebben ze veel meer hulp nodig om ze weer op het goede spoor te krijgen en duurt het veel langer voordat ze weer meedoen. in de samenleving.”