Dit artikel komt uit AD. Op NU.nl verschijnt dagelijks een selectie van de beste artikelen uit kranten en tijdschriften. Daar lees je hier Meer over.
Ze zijn nog steeds behoorlijk behendig, praten snel en gebruiken geweld wanneer dat nodig is. Omdat de bekende dames van staalproducent Tata Steel nu kampen met vrolijkheid, moet daar iets aan gedaan worden. Beiden dienden vorige week aangifte tegen het bedrijf in, omdat ruim 1.000 andere buurtbewoners al meewerkten aan het strafrechtelijk onderzoek van Tata Steel. “Gooi je dit interview het raam uit? Kom voor ons op, toch”, zei Lewis.
Bij hem is het probleem het grootst. Tegenwoordig woont hij in een appartement in IJmuiden. Het is niet mooi. Rijk zijn de vrouwen niet geworden van de beroemde VPRO-documentaire over hun werk op de Amsterdamse Wallen en de boeken die ze schreven. “Het kan nog steeds gebeuren, toch”, zei Lewis. “We hebben veel geschreven. Er komt binnenkort nog een boek.”
Hoe dan ook, zijn huis. Laten we eerlijk zijn, het voelt niet zo veel. tochtig en vochtig. Louise woont hier sinds april. Hij stond op een wachtlijst en toen kwam het beschikbaar. Had hij dat maar nooit gedaan, denkt hij nu. Hier komt fijnstof uit de fabriek van Tata Steel, die al jaren het milieu vervuilt, naar buiten. “Sinds vorige week ben ik zelfs gestopt met douchen. Het water is vies. Eerst waste ik maar de helft van mijn lichaam, niet mijn gezicht. Nu moet ik elke dag een fles water sjouwen, jeetje, want de kraan is leeg. Vettig Vet, ja, dat is het. Houdt je tegen.’
Die deeltjes zijn belangrijk, zei Lewis. Hij ‘deed zijn onderzoek’. Met een magneet. en een koffiefilter. Tata Steel beperkt het fijnstofgehalte van metaaldeeltjes al tientallen jaren daartoe. “Ik ben erg bang voor mijn ogen”, zegt Lewis. “We gaan al jaren naar de oogarts in Amstelveen, dus ik vertel ze over het fijnstof. Hij zegt dan: ‘Wat heb je toch vreselijks. Ik zal je een zalfje voorschrijven en je moet doe het rond je ogen.’ Dus die vervuilende stof, die het fijnstof buitensluit. Maar dat kan toch niet de bedoeling zijn?”
Martin woont een paar straten verderop. Iets minder onder de indruk is hij van de staalreuzendeeltjes die de laatste jaren zo controversieel zijn. Hij is er uiteraard bij als Louise haar verhaal vertelt. Er ligt een apneumasker in de slaapkamer, waarmee Louise ‘s nachts slaapt. “Goed, nietwaar”, zegt Lewis lachend. “Dat wil je niet weten. Hij is van plastic en kleurt ‘s nachts geel. Daar nestelt zich fijnstof in. En als mijn zusje hier slaapt, denk ik ‘s nachts: ook hier ademt ze moeilijk.”
En dan is er nog Tommy de hond, die het ook niet makkelijk heeft. “Hij wordt soms echt kortademig. Dan slikt hij het heel door. Zo’n klein hondje…”
Twaalf jaar geleden zorgden de tweelingzussen Louise en Martin Folkens voor ophef in binnen- en buitenland met hun documentaire. onzin, over hun tien jaar durende carrière in de Amsterdamse prostitutie. De documentaire werd door veel andere landen gekocht, waar hij werd nagesynchroniseerd Maak kennis met de Fokens. Het boek bij de documentaire werd een bestseller. Daarin schreven de vrouwen hun humoristische anekdotes over een halve eeuw werken op de rosse buurt. Er zijn inmiddels vier boeken geschreven.
Hebben ze er een beetje geld mee verdiend? Is er iets beters te huur dan die huizen in Eijsmuiden? Aanvankelijk konden ze verhuizen naar een mooie koopwoning in Almere, maar daarna ging er iets mis met de betalingen. “Ze hebben ons voor de gek gehouden”, zei Lewis.
Maar goed, dat is een ander verhaal. En het volgende boek, zeggen de vrouwen, is al onderweg. “We zijn oorlogsbaby’s”, zegt Lewis, samen met Martin geboren op 12 mei 1942. “Dus leven. Leven met humor. En hier een frisse neus halen. Regelmatig uitgaan om vrienden te bezoeken in Amsterdam. We komen nog vaak in onze oude buurt, de Wallen. Iedereen kent ons nog en praat met ons. We hadden onze eigen bordeel, twee gebouwen. We hadden er nooit vanaf moeten komen. We zouden nu rijk zijn. Maar goed, zo gaat het. Ik wou dat ik daar woonde, maar dat was lang geleden. De kinderen (kinderen, kleinkinderen en kleinkinderen, red.) waren toen wat jonger. Ze waren nooit alleen, ze hadden altijd een oppas.”
Louise en Martin lopen dan samen door de kelder. Het bevat grondwater. Ze maken zichzelf…